Das Wohltemperirte Clavier I nr. 4 in cis klein

Das Wohltemperirte Clavier I nr. 4 in cis klein

BWV 849 uitgevoerd door Bertrand Cuiller
in zijn huis in Bois le Roi, Frankrijk

  • Menu
  • 1. Prelude
  • 2. Fuga

Achter de muziek

Verhaal
Verhaal
Achtergrondvideo's
Achtergrondvideo's
Credits
Credits

Mentale puzzel

Het is niet zo zorgeloos als het lijkt

Talloos zijn de analyses en interpretaties van Bachs Wohltemperirte Clavier. Hoe verder we afdwalen van onze rationele tijd naar een meer romantisch moment, hoe mooier de omschrijvingen. Zo noemt de negentiende-eeuwse commentator Hugo Riemann dit werkenpaar in cis klein het ‘heilige der heiligen’, vervuld van ‘waardigheid, inspiratie’ en ‘nobele gevoelens’. De prelude met zijn uitgesponnen lijnen moeten we horen als ‘het zuchten van een groot hart’, terwijl de fuga staat als een ‘machtige kathedraal’. Zoveel mystiek, dat zijn wij nauwelijks nog gewend.

Licht en sensueel
Hoe zouden we dit werk nu ‘lezen’? Bertrand Cuiller kiest een lichte, sensuele richting, vooral in de prelude. Uitgesponnen guirlandes en elegante arpeggio’s scheppen een nobele sfeer. Een grote sprong in het thema zorgt met een reeks bijna-maar-net-niet slotformules voor spanning. Achter het mild deinende siciliano-dansritme gaat een woelig harmonisch spel schuil – enkele wendingen keren exact terug in de fuga – waardoor het toch niet zo’n zorgeloos stuk is als het lijkt.

Opmerkelijk voor de complexe fuga: het thema is het kortste in de hele collectie. De vijf noten omvatten bovendien een van de spannendste intervallen, een zogenaamde verminderde-kwartsprong. Ga je met zo’n uitgepuurd thema stapelen, dan kom je al snel in een harmonisch moeras: teveel tonen passen niet meer binnen de barokke esthetiek. Bach speelt daarom een beetje vals (maar volgens de regels): halve toonsafstanden worden soms heel, de verminderde kwart hier en daar zelfs rein, steeds met groot effect. De vijf stemmen zetten netjes van onder tot boven in, waarna het thema maar liefst 24 keer terugkeert, vaak helemaal boven of juist onderin het bouwwerk. Maar er zijn nog twee thema’s, een lange lijn met kronkelende versieringen en een korte met koppig herhalende noten. Een knappe kop die deze mentale puzzel kan oplossen!

Das Wohltemperirte Clavier, BWV 846-893
48 klavierstukken in alle 24 toonsoorten: dat was het soort uitdaging waar Bach van genoot. In elk van de twee delen van het Wohltemperirte Clavier bracht hij 24 keer het muzikale koppel prelude en fuga samen, twaalf in mineur, twaalf in majeur. In de preludes liet hij zijn fantasie de vrije loop, om in de fuga’s zijn mathematische hoogstandjes te verrichten. In tegenstelling tot de ijzeren discipline waarmee Bach zich voor zijn kerkelijke composities moest inzetten, kon hij zich hier overgeven aan intellectuele Spielerei zonder klemmende deadlines.

Het eerste deel van het Wohltemperirte Clavier stamt uit 1722, maar bevat muziek die deels al in de vijf jaar daarvoor werd geschreven. De ontstaansgeschiedenis van deel twee is minder helder: pas rond 1740 stelde hij dit tweede manuscript samen, maar opnieuw dateert een deel van de erin opgenomen preludes en fuga’s uit een veel eerdere periode. De doelgroep van deze verzameling stukken omschreef Bach zelf als volgt: ‘Zum Nutzen und Gebrauch der Lehr-begierigen Musicalischen Jugend, als auch dere in diesem studio schon habil seyenden besonderem ZeitVertreib.’ (‘Zowel ter lering van de ijverige muzikale jeugd als ter vermaak van de in deze materie al onderlegden.’)

BWV
849
Titel
Prelude en fuga in cis klein
Bijnaam
nr. 4 uit Das Wohltemperirte Clavier I
Instrument
klavecimbel
Genre
klavierwerken
Serie
Das Wohltemperirte Clavier I
Jaartal
1722 of eerder
Stad
Köthen (of Weimar?)

Met steun van

Prins Bernhard Cultuurfonds

Achtergrondvideo's

Klavecinist Bertrand Cuiller

“Het ritme van de prelude is gebaseerd op een sicilienne, een eenvoudig dansje. Dat maakt het zo menselijk.”

Teksten

Origineel

Vertaling

Credits

  • Publicatiedatum
    18 november 2016
  • Opnamedatum
    15 september 2016
  • Locatie
    Bois le Roi, Frankrijk
  • Klavecinist
    Bertrand Cuiller
  • Klavecimbel
    Philippe Humeau, Lot-et-Garonne, Frankrijk, 2002
  • Regie
    Jan Van den Bossche, Hanna Schreuders
  • Muziekopname, -montage -en mix
    Guido Tichelman
  • Camera en interview
    Gijs Besseling
  • Productie
    Hanna Schreuders
  • Met steun van
    Prins Bernhard Cultuurfonds

Help ons All of Bach te voltooien

Een groot deel moet nog opgenomen worden voordat het gehele oeuvre van Bach online staat. Dit redden we niet zonder financiële steun van donateurs. Help ons de muzikale nalatenschap van Bach te voltooien en steun ons met een gift!